Le Canada et la solidarité internationale à la Belgique (1914-1921). L’Œuvre de Secours pour les Victimes de la Guerre en Belgique
Eind augustus 1914 begonnen Maurice Goor, Hector Prud’homme en Lambert Jadot met het organiseren van Canadese liefdadigheid voor België door de oprichting van het Œuvre de Secours pour les Victimes de la Guerre en Belgique. Dit maakte deel uit van een grote internationale beweging van hulp naar België die in de vroege uren van het conflict werd opgezet. Hoewel de doelstellingen van de beheerders eerder bescheiden waren, werd het al snel bekend bij zowel de elites als de Canadese bevolking in het algemeen. Tijdens de oorlog onderging het Œuvre de Secours echter grote wijzigingen. De organisatie veranderde herhaaldelijk de manier waarop zij giften inzamelde om te voorkomen dat de Canadese vrijgevigheid zou afnemen. Met name na de intrede van de Verenigde Staten in de oorlog en de publicatie van de War Charities Act in 1917 moest zij haar activiteiten aanpassen. Na het einde van de vijandelijkheden zette zij haar werkzaamheden voort om deel te nemen aan de wederopbouw van België. Het Œuvre de Secours zette zijn activiteiten stop in mei 1919, hoewel de donaties nog tot 1921 doorgingen. Het totaalbedrag dat door de liefdadigheidsinstelling werd ingezameld, iets meer dan 3.500.000 Canadese dollar, leverde een belangrijke bijdrage tot de internationale solidariteit met België, die kan worden geschat op ongeveer 8% van de wereldwijd ingezamelde bedragen.