In het kielzog van de Natie-Staat. De politiek van nationaliteitsverwerving, -toekenning en-verlies in België, 1830-1909.
Tot het laatste kwart van de 19de eeuw had de door het Burgerlijk Wetboek vastgelegde scheidingslijn tussen Belg en vreemdeling weinig relevantie voor de alledaagse realiteit van de inwoners van het Koninkrijk België. Slechts op het einde van de eeuw, wanneer de Belgische Staat zich democratiseerde en meer maatschappelijke functies op zich nam, won het Belg-zijn aan inhoud en werd het staatsburgerschap een cruciaal ordeningsprincipe. Teneinde de onderdanen van de Belgische Staat duidelijk af te lijnen werd in 1909 de nationaliteitswetgeving ingrijpend gewijzigd en dit op een uitgesproken liberale wijze.