Van bij haar begin was filmkeuring in België niet verplicht, waardoor heel wat in het buitenland verboden films hier toch de zalen haalden, zij het dan als Kinderen Niet Toegelaten. Dit neemt niet weg dat veel van deze films voor diplomatieke problemen zorgden. In dit artikel wordt specifiek ingegaan op de case Dawn (Wilcox, 1928, GB), waarbij de Belgische diplomatieke controverse en de receptie van de film geplaatst worden in een ruimer kader van eerdere diplomatieke problemen rond film en filmkeuring en de politieke context van de internationale integratie van Duitsland.